leren en creativiteit: de rommelige kluwen (theorie)

Ik mocht in een training vertellen over maken en creativiteit en besloot alles waar ik bewust en onbewust aan refereer te koppelen tot dit onleesbare (maar mooie!) schema: voorwaarden voor leren, en hoe alles aan elkaar hangt.

Ik heb gemerkt dat het een fijne praatplaat is. Dus print uit, pak koffie en praat!

Het begint in het midden, met voorwaarden voor leren.

  • Je hebt kennis nodig: als je geen voorkennis hebt, heb je geen idee hoe je je moet verhouden tot het nieuwe materiaal of onderwerp dat je wordt aangeboden. je kunt geen vragen stellen, want je weet niet waarover.
  • Je hebt vertrouwen nodig; vertrouwen in jezelf (bijvoorbeeld door kennis en ervaring die je hebt) en vertrouwen dat je van de ander krijgt. Het vertrouwen dat hij/zijn denkt dat je het kunt en de belofte dat hij/zij je zal helpen als dat nodig is.
  • Je moet er zin in hebben. het onderwerp spreekt je aan, je bent in een goede omgeving, je voelt je goed, je voelt je gezien.

Als er aan deze voorwaarden wordt voldaan kan het leren plaatsvinden. Veel heeft te maken met flow: fijn kunnen werken. Mihaly Csikszentmihalyi heeft daar goed over nagedacht:

Het gaat lekker

De Hongaarse psycholoog Csikszentmihalyi toonde in de jaren ’70 aan dat leren het beste verloopt als iemand in een flow raakt. Flow is de hoogste vorm van concentratie.

Activiteiten die flow voortbrengen, zijn intrinsiek motiverend.

Je wilt ze doen. Omdat je er goed in bent. Of omdat je ergens beter in wilt worden. Csikszentmihalyi stelde vast dat in een situatie waarin iemand flow ervaart, er een optimale balans is tussen iemands kunnen en dat wat er van die persoon verwacht wordt.

Het blijf alleen als het past bij iets anders

Kennis heeft te maken met je ervaring en herinneringen. En nieuwe herinneringen zijn niet zomaar blijvend. Mark Mieras schrijft daar mooi over in zijn boek Ben ik dat?

Geheugen is als kralen rijgen. Je rijgt nieuwe ervaringen als kralen aan de ketting waar ze bij passen. En als er geen bestaande ketting is, rollen ze weg. Dus: als je iets nieuws tegenkomt, kun je het alleen bewaren als het past bij iets dat je al kent: het moet passen bij je bestaande herinneringen.

Geheugen is als kralen rijgen.

Daarom is het goed heel bewust een herinnering te koppelen en activeren als je iets nieuws aanbiedt.

Het begint met een herinnering

Voor een goed creatief werk activeer je bestaande herinneringen in de maker. Vervolgens wordt de verbeelding geactiveerd en komt de maker tot een vorm. Als je dan ook nog reflecteert, creëer je een nieuwe herinnering.

In de Digi-klooikoffer met de micro:bit hebben we steeds voorbeelden uit de echte wereld als startpunt gebruikt in de lessen, vanuit het idee dat dan meer kinderen konden aansluiten. ‘Een auto keihard laten botsen? Ja, dat ken ik!’ Dan kun je zo door naar een crash-test met je micro:bit.

Wat is een fijne opdracht?

Er zijn drie manieren om een creatieve opdracht in te steken.

  • Productgericht: je geeft kinderen hele letterlijke instructie: maak dit poppetje na van het voorbeeld. (We zijn geneigd dat wat te beoordelen als niet creatief, maar je kunt zo wel heel goed een techniek of materiaal leren kennen.)
  • Procesgericht, waarin kinderen door ze vragen te stellen en dingen zelf op te laten zoeken en bedenken in een proces tot een eigen creatief product komen.
  • Vrije expressie: je geeft brede opdrachten als teken een vis. Een simpele, maar ook erg open vraag waardoor mensen niet erg lang nadenken maar meteen het eerste tekenen wat in het opkomt. De vraag is zo vrij en groot dat de angst tot snelle oplossingen noodt. Te groot.

De opdracht waarin je het meeste groei kunt realiseren is de procesgerichte. Als je kijkt naar het flow-model voldoet dat er het meest aan.

We zijn er heel trots op, dat dat in de maakchallenge lijkt te lukken. Lees deze blog over de Friezen maar eens, en deze over de Groningers

Wat een spannend risico is in deze 3 processen, is dat de rol van de leraar of begeleider heel bepalend is.

Als je al lang les geeft, ben je van nature geneigd jouw eigen werk steeds interessanter te maken.

Jij wilt immers ook flow ervaren! Wat dan vaak gebeurt, is dat een proces gerichte aanpak voor jouw leerlingen of deelnemers onveilig voelt als vrije expressie. Te moeilijk, te open. De leraar heeft het niveau van de opdracht aangepast aan zijn eigen interesse en is per ongeluk in het (te) vrije stuk geschoten.

Dit is de curse of knowledge. Vrij naar Pedro de Bruyckere in zijn Klaskit: Als je een ervaren leraar bent, bouw je expertise op. Je wordt een steeds grotere expert, terwijl je leerlingen steeds op hetzelfde niveau binnen komen. De kloof vergroot. 

Ieder zijn startpunt

Dat niet iedereen hetzelfde is, is evident. En dat leerstijlen niet bestaan inmiddels ook. Maar verschillende strategiën zijn er wel. En die hebben weer te maken met hoeveel kennis je hebt en hoeveel vertrouwen je voelt.

Afhankelijk van situatie en onderwerp, kiezen makers een entree-strategie. Die is niet vast, maar kan steeds anders zijn. Als de makers eenmaal begonnen zijn, wisselen ze moeiteloos van strategie. Ze voelen (zelf)vertrouwen en kunnen zelf sturen. Dit zijn geen vaste patronen, maar hebben te maken met iemands bagage.

De typisch vrije kinderen die we allemaal wel kennen, hebben meestal gewoon meer ervaring of kennis. En dat zelfvertrouwen maakt ze vrij.

Bijvoorbeeld omdat ze thuis vaak dingen maken en mee worden genomen naar musea. Voor kinderen die het creatieve liever niet zo expliciet willen (als een ingenieur in dit model), is product-achtig aanbod heel fijn, want veilig. Het creative komt vanzelf daarna.

Dat brengt me op de juiste omstandigheden.

  • Een goede plek, zowel qua ruimte als qua sfeer
  • Goede spullen (lekker materiaal!)
  • Genoeg tijd (de grootste uitdaging)
  • Een goede start (denk aan de drie strategiën)
  • Vertrouwen voelen en krijgen
  • En aandachtige aandacht (niet steeds foto’s maken of op je telefoon)
Ja, en wat heb ik hier allemaal aan?

Mijn ervaring tot nu is dat dit schema en het denken helpen in het evalueren van je les of aanbod. Toen het mis ging, waar kan dat aan hebben gelegen? En toen het goed ging, waardoor was dat? Het helpt je zien. (En sommige mensen kunnen er niks mee. Ook best logisch.)

Succes. <3

Dit is blog 4 uit een serie van 5:

  1. De balans tussen denken en maken
  2. Over saaiheid en actie
  3. Falen doet pijn en is niet productief
  4. Kennis, vaardigheden en dat andere (de rommelige kluwen)
  5. Wat ik jou kan leren (spoiler: niets!)