Essay: Samen kwetsbaar, samen leren, samen groeien: en ineens ben je een maker

Een blog over liefde en hoe je jezelf ineens terug kunt vinden als maker. En wat er nodig is om daar te komen.

Ik houd van maken. Maken maakt me energiek, nerveus vrolijk en hongerig naar inspiratie. Nieuwe kennis is superlekker en het onbekende lokt als een koor Sirenen. Een heerlijke staat van zijn die ik iedereen gun.

Ik houd ook van onderwijs. En van leerkrachten. Jij zult maar de persoon zijn die een kind leert lezen. Die de liefde voor abstracte wetenschap aanwakkert. Of voor enorm lekker koken. En een kind laat zien wie hij kan worden en misschien al is. En dat voor alle kinderen! Een leerkracht die een maand afwezig is wordt waarschijnlijk harder gemist dan een consultant op vakantie.

We hebben allemaal onderwijs genoten en vinden er dus ook allemaal wat van. Zo vinden we nu dat al onze leraren 21st century skills moeten onderwijzen. Ze moeten maker-educators worden, want daar geloven wij in. Leerkrachten moeten dat willen want ze moeten met hun tijd mee gaan.

omdenken

Gewoon anders denken! (Bron Omdenken, via Twitter)

Hoe goed dit soort adviezen ook lijken, op mij komen ze vaak toch wat oordelend over. Zal ongetwijfeld aan mij liggen, maar misschien durf je gewoon niet in het diepe! Dat is toch prima?

En dus wil ik niet oordelen over mensen die het moeilijk vinden om ‘gewoon’ programmeren te geven in hun klas. Of die zich echt niet goed voelen met een soldeerbout. Uitgangspunt is wat mij betreft dat mensen goede redenen hebben om te doen wat ze doen. En even goede redenen om sommige dingen niet te doen. Bijvoorbeeld omdat ze het super moeilijk vinden.

Alleen als we met veel liefde en empathie anderen inspireren, verandert het gevoel van (tegen je zin) moeten in echt zelf willen.

Het grote onbekende

Onlangs heb ik samen met Hester IJsseling het onbekende onderzocht. Graag vertel ik over wat we hebben geleerd.

Studiedag OOadA: leren is een avontuur.

lijm

Hester en ik zijn beide razend geïnteresseerd in het oprekken van persoonlijke grenzen tijdens het leren. In de workshop die we samen gaven tijdens de studiedag van Openbaar Onderwijs Aan de Amstel wilden we leerkrachten laten ervaren hoe het is met iets onbekends geconfronteerd te worden. Want ‘Crisis is goed’ zeggen ze op Hesters school De Kleine Reus. (Stoer he?)

flow

We gingen met ledjes en batterijtjes aan het werk, zonder centrale uitleg en zonder echte opdracht. Een prachtig verslag van de dag lees je op de blog van Hester.

Dit zag ik:

Het begon gelijk: voor sommige leerkrachten was het heel heftig niet in een lezing terecht te komen, maar in een atelier. Met spullen. Om dingen mee te maken. Er wilden mensen weglopen en die zeiden dat hardop. Ze gingen toch zitten en voelden zich ongemakkelijk (warm, wiebelig) en zeiden dat ook hardop. Maar er was geen ontsnappen aan (en de anderen gingen wel gewoon aan de slag), dus met een verbeten focus dan toch maar aan het werk. En ineens breekt de zon door: de led brandt! Verbetenheid maakt plaats voor blijdschap. Er wordt gekletst! En gedeeld! Flow. Aan het eind van het uur had bijna iedereen een eigen (en allemaal verschillende) lamp gemaakt. En had iedereen ervaren hoe onveilig nieuwe dingen soms zijn en hoe trots je bent als je jezelf kunt oppakken en achter de drempel weer kunt neerzetten.

trots

Wat mij persoonlijk is bijgebleven is dat het leren voor de meeste deelnemers best een pittige emotionele achtbaan was. En hoe kwetsbaar je bent als je in die achtbaan zit.

En dat niets doen als begeleider dan een echte kunst is. Mensen even laten bungelen, niet de oplossing voor ze bedenken. Want die oplossing weten ze zelf best, alleen nu nog niet. Ik vond het moeilijk die kwetsbaarheid te laten zijn, waarschijnlijk omdat ik zelf zo goed weet hoe verloren je je kunt voelen.

Ok, over falen

Het mogen falen is in de mode. Falen is goud. Mensen die kunnen falen zijn winnaars! Maar –eerlijk is eerlijk- ik vind falen echt hartstikke moeilijk. En anderen zien falen vind ik ook moeilijk. En met mij velen. En om al die mensen die falen moeilijk vinden nou meteen te beschuldigen van een fixed mindset gaat wat mij betreft wat ver.

Ik denk dat falen zo moeilijk is omdat de omstandigheden waarin gefaald moet worden vaak niet helemaal goed zijn. Falen kun je niet afdwingen, maar kun je alleen uitnodigen. Glorieus falen gebeurt alleen als het veilig is.

Vertrouwen

Veilig is niet hetzelfde als iemand die zegt dat falen mag. Ik geloof dat het pas veilig is wanneer je zelf weet en voelt dat dat moeilijke nieuwe ding dat je gaat doen echt kan, en dat jij het kan.

  • Het kan: dat ledje krijg ik wel aan. Want de anderen kunnen het ook, kijk hoe ze bezig zijn!
  • Ik kan: ik zie wel wat manieren om te beginnen en iets gaafs te maken!

Het doel dat je gaat bereiken mag ver weg liggen, maar moet dus wel haalbaar voelen. Waar je misschien eerst heel bewust heel onbekwaam was, blijk je ineens best bekwaam! Dat is een van de vrolijkste ontdekkingen die je over jezelf kunt doen.

Hoe voel je je?

Wat is er nodig om zo’n leersfeer te maken? Ik vond het super om te zien hoe verschillend de emotionele staat van lerenden kan zijn. De één lost zijn onzekerheid op door kennis op te doen, de ander maakt van onzekerheid heel makkelijk nieuwsgierigheid, de derde kijkt naar anderen en krijgt daardoor vertrouwen in zichzelf. En soms is iemand gewoon boos. En sommige mensen werken graag alleen waar anderen meteen in een groepje klonteren.

Kunnen zien en voelen wat er nodig is vraagt ook om veel zelfkennis. Als leerkracht onderzoek je dus ook steeds jezelf! En dat is pas hard leren. Samen kwetsbaar, samen leren, samen groeien.

Maken als vak

Ik stel me voor dat het kennen van je eigen humeur en dat van de kinderen in je klas van nature bij lesgeven hoort. Dat maakt je waarschijnlijk een goede leerkracht. Maar het maakt je nog niet tot een maker-educator. Waar veel leerkrachten tegenop lopen in het starten met maak onderwijs is dat ze er zelf inhoudelijk niet zoveel van weten. En dat het daardoor voelt als iets dat dus (nog) niet kan.

Maken is geen vak!

Maar wat nou als we maken niet letterlijk als vak zien, maar maken als onderzoek naar leren? Dan is het misschien wel veilig, omdat het dan ineens helemaal binnen de skillset van een leerkacht hoort.

Het is een onderzoek, er is geen vaste uitkomst nodig. De middelen zijn weliswaar nieuw, maar het leren over leren niet! Dan zijn ledjes en batterijtjes niets anders dan een soort karton en schaar. En kun je vol verbazing en verwondering je eigen leerproces en dat van je leerlingen observeren, ondersteunen en vieren.

ledbatterij

En dan ben je ineens een maker! En kun je anderen vrolijk besmetten.